Direct naar inhoud

Het gevoel dat je groeit …

Gijs Bruijnzeels | 09-09-2022 | Blog Ook leerkrachten willen hun leerlingen zien groeien. Het is één van de grote drijfveren om in het onderwijs te willen werken.

Het gevoel dat je groeit, is met geen pen of toetsenbord te beschrijven. De eerste keer dat ik dit magische gevoel had, herinner ik me nog goed. Ik stond in de slaapkamer met mijn rug tegen de muur en bij mijn kruin werd een streepje gezet met de datum erbij. Een paar weken later stond ik er opnieuw en verrek: ik was gegroeid! In de maanden en jaren erna volgden nog vele streepjes en elke keer was ik apetrots. Ongeacht hoeveel ik gegroeid was. Ik wás gegroeid, daar ging het om. De streepjes waren het overtuigende bewijs.


‘De Cito-druk’

Ook leerkrachten willen hun leerlingen zien groeien. Het is één van de grote drijfveren om in het onderwijs te willen werken. Maar die groei verloopt vaak heel anders dan die streepjes op de muur die mijn lengte markeerden. De leerontwikkeling is niet een mooie rechte lijn, maar een lijn met knikjes. Leerkrachten weten dat, maar regelmatig hebben ze het gevoel alsof ze zich daarover richting ouders moeten verantwoorden. Ze voelen de ‘Cito-druk’. Op verschillende Facebook- groepen voor leerkrachten wordt bijvoorbeeld vrijelijk gesproken over de manier waarop kinderen in de klas worden voorbereid op de Cito-toetsen, het oefenmateriaal dat gebruikt wordt en de ervaringen met boze ouders over het uitblijven van ‘groei’. Steeds vaker proberen ouders om ‘de groei op de Cito’ te beïnvloeden. Het aantal websites of bijlessen dat zich specifiek op Cito richt, lijkt enorm te groeien. Zo wordt de Cito-druk alleen maar groter, het is niet simpel om je als leerkracht staande te houden.

Het schooladvies in groep 8

Maar ja, wanneer is het eigenlijk goed? ‘Goed’ is een relatief begrip. Tijdens de adviesgesprekken aan het eind van groep 8 merk ik nog wel eens dat ‘goed genoeg’ niet altijd ‘goed genoeg’ wordt gevonden. Op basis van werkhouding, vaardigheden, leerstijl, mindset, methodetoetsen en LVS-toetsen stellen wij een schooladvies op. Het fijnst vind ik de gesprekken met leerlingen die zich de afgelopen jaren machtig mooi hebben ontwikkeld op hun eigen lijn en nu met een fantastisch (!) basis- of kaderadvies naar de brugklas mogen. Deze leerlingen hebben alle reden om trots te zijn op zichzelf. Tegelijkertijd zijn dit vaak de moeilijkste gesprekken, omdat veel ouders hun kind toch graag minimaal richting de mavo zien groeien. Of liever nog richting de havo of het vwo. En natuurlijk zijn kinderen na de eindtoets niet uitontwikkeld, dus wie weet zit dat er inderdaad wel in. We zullen een kind nooit vertellen dat het iets niet kan bereiken, dus natuurlijk leg ik uit welke stappen er allemaal nodig zijn om uiteindelijk op die felbegeerde mavo te komen of op het vwo. Maar waarom is een basis- of kaderadvies eigenlijk niet goed genoeg? Qua maatschappelijke verwachtingen lijkt dat streepje op de muur te zijn veranderd in een soort ‘download-balk’, die aangeeft hoeveel procent je hebt afgelegd op de weg richting vwo. Het vmbo lijkt ondergeschikt, en dat terwijl we onze vakmensen juist zo hard nodig hebben.

Goed genoeg!

Hoe fijn zou het zijn als we toetsen weer kunnen gebruiken waarvoor ze ooit bedoeld zijn: leerlingen helpen om de volgende stap in hun ontwikkeling te zetten, welke dat dan ook is en zonder de druk om alsmaar hoger te moeten vliegen? Hoe fijn zou het zijn als bijlesbureautjes en Cito-trainers overbodig zijn omdat er vertrouwen is in de leerkracht én de ontwikkeling van het eigen kind? En hoe fijn zou het zijn als ‘goed genoeg’ gewoon weer ‘goed genoeg’ is?

Zoeken