Meerkeuzevragen bij spelling niet-werkwoorden

Om welk onderdeel en domein gaat het precies?

Allereerst is het goed om af te kaderen om welk stuk van de toets het precies gaat. Binnen de doorstroomtoets vormt het onderdeel Taalverzorging 25% van de toets. Dit zijn 40 opgaven. Taalverzorging bestaat vervolgens uit drie subdomeinen:

• spelling niet-werkwoorden (37%)
• spelling werkwoorden (37%)
• leestekens (25%)

De switch naar meerkeuzevragen geldt alleen voor het onderdeel spelling niet-werkwoorden.

Verwarring rondom het audiofragment

Bij de papieren afname in 2024 speelde de leerkracht een audiobestand af. De leerling hoorde het woord en schreef het op in het boekje. Het gebruik van een audiobestand garandeerde dat alle leerlingen het woord op exact dezelfde wijze aangeboden kregen. Bij de papieren variant zijn er verschillende toetsversies. In één van de versies moesten de leerlingen één woord meer opschrijven dan in de andere versies. Er zijn verschillende leerkrachten geweest die de verkeerde audiofragmenten hebben afgespeeld. Dit zorgde voor verwarring tijdens de afname: sommige leerlingen hadden dan een woord te weinig en andere leerlingen konden een woord niet kwijt, omdat daar geen plek beschikbaar voor was.

Handschriften en snelheid

Alle open opgaven, inclusief het dictee, moesten in korte tijd handmatig worden nagekeken: meer dan 5 miljoen beoordelingen, binnen 7 dagen. Het handschrift van de leerlingen was niet altijd goed leesbaar. Daardoor ging het beoordelen van de open opgaven bij het dictee minder snel dan het beoordelen van de open opgaven bij rekenen of spelling werkwoorden.

Om deze problemen in 2025 te vermijden, worden bij spelling niet-werkwoorden in de papieren doorstroomtoets nu meerkeuzevragen gebruikt. Zo kunnen we garanderen dat alle leerlingen de juiste opgaven maken én dat alle opgaven op tijd zijn beoordeeld voor de normering.

Balans tussen efficiëntie en inhoudelijke toetsing

Hoewel we meerkeuzevragen niet als de perfecte oplossing zien, kunnen we hiermee wel garanderen dat álle leerlingen de juiste opgaven maken. Voor de toets van 2026 zullen we opnieuw kijken naar de haalbaarheid van dicteeopgaven in de papieren variant.

Andere veelgestelde vragen

1. Zijn de digitale en papieren doorstroomtoetsen goed vergelijkbaar?

Ja, ondanks het verschil in vraagtypes. De digitale versie bevat zowel dictee- als meerkeuzevragen, terwijl de papieren versie uitsluitend meerkeuzevragen heeft voor spelling niet-werkwoorden. Doordat beide toetsvormen op dezelfde vaardigheidsschaal worden gescoord, zijn de resultaten goed te vergelijken. Dit betekent dat de prestaties van leerlingen in beide varianten betrouwbaar naast elkaar gelegd kunnen worden.

2. Zal de doorstroomtoets teruggaan naar het gebruik van meerkeuze zoals in Cito LVS 2.0?

Nee, de vraagstellingen in de huidige doorstroomtoets zijn anders dan bij LVS 2.0. Waar in 2.0 de focus lag op het herkennen van foute spelling, moeten leerlingen nu de correcte spelling van een woord in de context herkennen. Dit sluit beter aan op de huidige toetsdoelen en geeft een nauwkeuriger beeld van hun spellingvaardigheid.

Bekijk onze voorbeeldtoetsen op deze pagina.

3. Is er kans op het herinvoeren van dictee in de papieren versie voor 2026?

We evalueren momenteel de ervaringen van 2025 en onderzoeken of het haalbaar is om het dictee opnieuw op te nemen in de papieren variant voor 2026.